BRAVO-A is van toepassing bij controlehandelingen van je motorfiets, dus voordat je gaat rijden. De afkorting heeft natuurlijk een betekenis.
BRAVO-A staat voor…
B-banden – R-remmen – A-aandrijving – V-verlichting – O-olie – A-algemeen
Uitleg per onderdeel
B-banden
Belangrijk bij banden is dat je kijkt naar eventuele scheurtjes in het rubber, maar ook naar het profiel en de bandenspanning. Wettelijk is een minimum profieldiepte van 1 mm voor motorbanden toegestaan. Controleren of de band nog genoeg profiel heeft, is eenvoudig. Er zitten bruggetjes in bepaalde delen van het profiel verwerkt, de zogeheten ‘Tread Wear Indicators’. Profiel is belangrijk voor de afwatering. Het is wettelijk verboden om op de openbare weg met slicks te rijden. De bandenspanning van een motorband is veel hoger dan die van een autoband. Het voorwiel heeft een gemiddelde spanning van 2,50 bar en achter is dat 2,90 bar. Kijk vooral in het boekje van de motorfiets wat de ideale bandenspanning is.
R-remmen
Bij het onderdeel remmen is de remdruk, de remvloeistof en eventuele lekkage belangrijk. De remdruk moet in orde zijn. Is heel eenvoudig te controleren. Kwestie van de remhendel inknijpen en voelen of er genoeg druk op staat. De remhendel mag natuurlijk niet je handgreep aanraken. Hoeveel remvloeistof je nog hebt, kun je controleren met het ‘reservoirblokje’ op het stuur. Als de remvloeistof lager is dan voorgeschreven, dan kan dat te maken hebben met lekkage of met versleten remblokken. Het is nu eenmaal een feit dat er bij versleten remblokken meer remvloeistof door de leidingen moet worden geperst om de remblokken tegen de remschijf aan te drukken.
A-aandrijving
Bij het onderdeel aandrijving wordt er gevraagd naar soort aandrijving. Er zijn drie opties: de beroemde ketting, cardanaandrijving of riemaandrijving. Cardanaandrijving is feitelijk onderhoudsvrij maar ook zwaarder. Zo’n systeem resulteert al snel in 15 kilogram meer motorgewicht. Een aandrijfriem is gevoelig en niet erg geschikt voor motoren met veel power. De meeste motoren hebben een ketting. Belangrijk is dat je deze ketting goed moet onderhouden door goed het zand eraf te borstelen en de ketting indien nodig goed in te vetten. Ook kettingspeling is belangrijk. De ketting mag vaak 1,5 centimeter naar boven en naar beneden worden ingedrukt. Na verloop van tijd is de rek eruit en zijn de aandrijfketting en de tandwielen aan vervanging toe.
Voordelen van een kettingaandrijving:
Nadeel van een kettingaandrijving:
V-verlichting
Vooraan zijn dimlicht, grootlicht en knipperlicht essentieel op een motorfiets. Ook dashboardverlichting is belangrijk. Als tijdens het examen gevraagd wordt of je met een niet verlichte kilometerteller mag rijden, dan is het antwoord dat dit wel mag. De snelheidsmeter moet verlicht zijn, verlichting van de kilometerteller is niet verplicht. Een motorfiets heeft afhankelijk van de leeftijd ook de alarmverlichting. Achteraan moet het reguliere achterlicht, de knipperverlichting, de kentekenverlichting en het remlicht functioneren. Het remlicht moet zowel werken met de handrem als voetrem.
O-olie
Zeer belangrijk is of de motor een goed olieniveau heeft. Kun je eenvoudig controleren. Eerst even de motorfiets rechtop zetten, eventueel met een hefbrug. Olie peilen doe je altijd voordat je gaat rijden. Je draait de peilstok los, veegt met een doek de olie eraf, stopt de peilstok opnieuw in het reservoir, wacht even en peilt vervolgen de olie. Het wordt vaak gezegd dat het oliepeil precies in het midden moet staan. Dat is onjuist. Het oliepeil moet zo dicht mogelijk tegen het maximum zitten.
Veel motoren hebben tegenwoordig een kijkglas ipv. een peilstok. Het kijkglas zit meestal aan de rechterzijde en onderkant van het motorblok. Naast het kijkglas staan markeringen die aangeven wat het minimum- en maximumniveau van de olie moet zijn.
Olie zorgt voor:
Smering van de draaiende delen, koeling van de motor en reiniging van de motor.
A-algemeen
De A staat voor algemeen. Er komen diverse zaken aan bod. Denk aan de accu, maar ook aan de vering, de koeling en eventuele controlelampjes. De vering moet goed functioneren. Kijk vooral naar de voorvork. De keerringen kunnen na verloop van tijd verzadigd raken met vuil en dan kunnen ze gaan lekken. Olie kan dan eventueel via de voorvork richting de remschijf lopen. Het gevolg: met ingevette remschijven kun je niet meer remmen. Ook de veerpoot achter moet gecontroleerd worden op lekkages. Kijk ook altijd even naar de koelvloeistof. Door een fel lampje te richten op het reservoir, kun je de inhoud controleren. De noodknop schakelt de ontsteking van de krachtbron uit, maar zorgt ervoor dat zaken als ABS en verlichting blijven werken. Deze knop zit vaak aan de rechterkant van het stuur.